zorgbeleid

Leerlingen-begeleiding

Paramedici

Extra time-out

Extra time-out plus

Leerlingenbegeleiding

1. Zorgteam

Met het zorgteam wil de school een spijbelpreventiebeleid en een algemeen pedagogisch zorgbeleid voeren.

In de school zijn daarvoor gepaste structuren uitgewerkt. Een zorgteam is ingesteld op de tweedelijnszorg. Samenstelling zorgteam: adjunct-directeur, zorgcoördinator, CLB- medewerker, orthopedagoog, verpleegkundige en een GOK-leerrkacht.

De leden van het zorgteam zijn werkzaam in een locatie op de school die voor de leerlingen omschreven wordt als het “leerlingeneiland”. Met deze naamgeving wilden we voornamelijk beklemtonen dat leerlingen in een locatie buiten de klasgroep of speelplaats op adem kunnen komen of ventileren of ze kunnen reflecteren over een situatie en zich voorbereiden op een snelle integratie in de klasgroep. Op het leerlingeneiland werken de verpleegkundigen, de orthopedagoog, de psycholoog, de leerlingbegeleiders en de studiemeesteropvoeder.

2. Interdisciplinair overleg (4 IDO-dagen)

Het schoolteam is samengesteld uit personeelsleden met zeer uiteenlopende disciplines of specialiteiten. Ieder personeelslid is vanuit de eigen discipline betrokken in een intensieve begeleiding van het leerproces van leerlingen met leerbeperkingen (type 1) en stelt een volwaardige integratie van deze leerlingen in de gewone leef- en werkomgeving als doel (doelstelling opleidingsvorm 3).

Het onderwijs dat we deze leerlingen aanbieden , laat zich sterk kenmerken door :

  • een deskundige visie op het begrip “handicap”.
  • het streven naar diagnostisch en adaptief onderwijs.
  • planmatig en handelingsgericht werken.

3. Samenwerking met het CLB

 

De samenwerking met het CLB situeert zich op vier domeinen:

  • leren en studeren.
  • onderwijsloopbaan.
  • preventieve gezondheidszorg.
  • psychisch en sociaal functioneren.

De school vraagt een samenwerking met het CLB die zich situeert op drie niveaus:

  • informeren.
  • ondersteunen.
  • participeren.

4. Studiebegeleiding

We streven in de lessen naar actieve interactie tussen de leerkracht en de leerling. Dit impliceert dat de leraar oog heeft voor de diversiteit bij de leerlingen en de bereidheid heeft om tegemoet te komen aan de individuele noden van deze leerlingen.
Door differentiatie, onderwijs op maat, het gebruik van coöperatieve werkvormen trachten we de prestaties te verbeteren van zowel de sterkere, de middelmatige als de zwakkere leerlingen in een groep. De leerlingen ontwikkelen tevens meer sociale vaardigheden, leren samenwerken en leren elkaar accepteren en respecteren.

5. Individuele begeleiding tijdens het 22ste lesuur

Aan leerkrachten algemene en sociale vorming kan één lesuur per week een opdracht individuele begeleiding en bijscholing worden toevertrouwd. Dit lesuur wordt het 22ste lesuur genoemd.
De begeleiding situeert zich op verschillende terreinen: leiden van een observatiegroep (middagonthaal van leerlingen met zwakke sociale vaardigheden); middagactiviteiten, individuele begeleiding in functie van rekenvaardigheden, taalvaardigheden, zwemmen, fietsen, sociale- vaardigheidstraining, zelfredzaamheidstraining, rijbewijs op school, gedrag en schoolhouding …

6. Loopbaanbegeleiding

Een goede loopbaangeleiding wordt voornamelijk nagestreefd via de intensieve stagebegeleidingen en via de alternerende beroepsopleiding die in de school georganiseerd wordt.

7. Stages

Leerlingen in de kwalificatiefase worden minimaal twee keer op blokstage gestuurd:

  • 15 werkdagen in het eerste jaar van de kwalificatiefase.
  • 30 werkdagen in het laatste jaar van de kwalificatiefase.
  • mogelijkheid tot 60 werkdagen in het laatste jaar van de kwalificatiefase, in het bijzonder voor leerlingen met een verlengd leertraject.

8. Alternerende beroepsopleiding

De schooleigen organisatie van de alternerende beroepsopleiding staat uitvoerig beschreven in een brochure die jaarlijks aan de kandidaat-cursisten wordt overhandigd.
Klik hier voor de infobrochure.

9. Kieswijzer - Algemeen

De juiste studiekeuze maken, is niet altijd eenvoudig. Toch beseffen wij op VTS 3 dat deze keuze belangrijk is omdat het (de rest van) iemands leven kan beïnvloeden. Ondersteuning bij het keuzeproces is daarom essentieel! Voor de leerlingen van OV4 kan de studiekeuze ook een overstap naar het reguliere onderwijs betekenen. Dit maakt een doordachte keuze en begeleiding nog gewichtiger.

Op VTS 3 proberen wij de schoolloopbaanbegeleiding van onze leerlingen zo grondig mogelijk te doen zodat leerlingen inzicht verwerven in wat zij graag doen, waar hun talenten liggen, welke competenties zij verder willen ontwikkelen, welke studie bij hen past en welke toekomstmogelijkheden zij hebben.

Voor het vormgeven van ons ‘kieswijzerproject’ is er doorheen het schooljaar een nauwe samenwerking tussen de school, de leerlingen, ouders en het CLB.

Verder organiseert de school infoavonden voor de leerlingen van het eerste, tweede en vierde jaar en hun ouders. Bij het oudercontact in maart worden er kieswijzerstanden opgesteld waarbij meer uitleg wordt gegeven door de vakleerkrachten en concreet materiaal wordt getoond over de verschillende studierichtingen. Op het oudercontact zelf kunnen de leerkrachten al een advies formuleren in functie van de studiekeuze.

10. Kieswijzer - OV3

Binnen OV3 werken de leerlingen een heel schooljaar aan een kieswijzer-project dat de rode draad vormt binnen de lessen GASV (Geïntegreerde Algemene en Sociale Vorming). Het hoogtepunt van dit kieswijzer-project is het oudercontact na de paasvakantie en het bezoek van de leerling met zijn ouders aan de infostandjes per opleiding. In OV3 moeten de leerlingen al na het observatiejaar een definitieve opleidingskeuze maken. VTS3 presenteert 8 opleidingen in OV3.

11. Kieswijzer - OV4

Binnen OV4 werken de leerlingen in een schooleigen kieswijzerboekje binnen het vak Nederlands. Hiermee maken zij kennis met de verschillende studierichtingen en wordt ook nagegaan welke aspecten hierbij belangrijk zijn (motivatie, leerhouding, interesseveld, schoolresultaten…). Later krijgen de leerlingen klassikaal een voorstelling van de studiekeuzes door directie of orthopedagogen en de mogelijkheid tot een individueel gesprek met een CLB-medewerker.

12. Pijlers

Ons zorgbeleid is gebaseerd op 5 sterke pijlers:

  • Een veilig schoolklimaat: Graag naar school komen en zich veilig voelen, is onze eerste prioriteit.
  • Krachtgericht werken: Wij bieden “onderwijs op maat”
    aan: iedere leerling leert volgens zijn eigen talenten en
    mogelijkheden
  • Emancipatorisch werken: De leerling blijft “eigenaar
    van zijn eigen leerproces”. Door middel van individuele
    gesprekken en leerlingcontacten kan elke jongere mee
    bouwen aan zijn eigen traject.
  • Multidisciplinair samenwerken vanuit expertise: Ons
    gespecialiseerd team staat klaar voor onze leerlingen:
    leerkrachten, ortho’s, logo’s, kiné, ergo, maatschappelijk
    werkers, sociaal verpleegkundigen, leerlingbegeleiders, …
  • Doelgericht en cyclisch werken: Naast algemene
    kennis en vaardigheden stellen we voor elke leerling ook
    individuele doelen op. Deze worden op regelmatige basis
    geëvalueerd en bijgestuurd.

Paramedici

1. Functie

Paramedici zijn sinds jaren werkzaam in het buitengewoon onderwijs. Naast het onderwijzend personeel vormen kinesitherapeuten, logopedisten en sociaal verpleegkundigen een essentieel onderdeel van het BuSO-team.

Elke paramedische discipline heeft zijn eigen specifieke taak en verantwoordelijkheid maar overleg en samenwerking met de andere disciplines en diensten (eventueel ook extern) zijn onontbeerlijk om de nodige omkadering en ondersteuning te bieden.

Kortom het hele team van onderwijzend personeel, paramedici, orthopedagoog, zorgteam, … werkt samen om elk kind de aangepaste “zorg op maat” te geven die het nodig heeft.

2. Ortho

Orthopedagogiek is een specialisatie binnen de pedagogiek die zich richt op het onderzoeken en behandelen van kinderen en jongeren met een bepaalde beperking/stoornis of kinderen en jongeren die zich in een problematische leer- of opvoedingssituatie bevinden.

De orthopedagoog helpt de klassenraad om voor kinderen met leer- en gedragsmoeilijkheden een behandel- en begeleidingsplan uit te werken dat hun situatie kan verbeteren. Op die manier probeert de orthopedagoog ervoor te zorgen dat zij de opvoeding en ondersteuning krijgen die het beste bij hun persoonlijkheid en behoeften aansluit.
Enkele concrete taken van de orthopedagoog op school zijn:

  • Sociale vaardigheidstraining organiseren en geven: in groep of individueel.
  • Individuele begeleidingen voor allerhande problemen ((faal)angst, ASS, assertiviteit, zelfbeeld, zelfvertrouwen,…).
  • Middagopvang voor leerlingen met ASS organiseren.
  • Leerlingen helpen de juiste opleidings- en studiekeuze te maken.
  • Contacten met externen onderhouden en zo nodig overleg organiseren.
  • Het wekelijkse zorgteam mee helpen organiseren en bespreken van leerlingen samen met de pedagogische directie, leerlingenbegeleiding en CLB.
  • Wekelijks de klassenraad bijwonen.
  • Klassen in het observatiejaar en hogere jaren mee vorm helpen geven aan het begin van het schooljaar.
  • Nieuwe leerlingen opvangen en organiseren van bezoeken voor de nieuwkomers.
  • Ondersteuning bij oudercontacten.
  • Coachen van leerkrachten, individueel of via interne nascholingen

3. Psychologisch consulente

Een bachelor toegepaste psychologie houdt zich bezig met psychodiagnostiek (wordt niet gedaan op school) en/of psychologische dienstverlening van kinderen, jongeren en volwassenen. Er wordt in een multidisciplinair team overleg gepleegd, gevolgd door een begeleiding op maat van de jongere.

Wat doet een bachelore toegepaste psychologie in onze school?

  • Opvolging van leerlingen op het leerlingeneiland.
  • Opvang van leerlingen die zich aanmelden op het leerlingeneiland.
  • Sociale vaardigheidstraining begeleiden voor de leerlingen van interne en extra time out. (extra time out: zie rubriek ETO)
  • Sociale emotionele begeleiding voor de leerlingen van interne en extra time out. (extra time out: zie rubriek ETO)
  • Opvolging en begeleiding van de interne en extra time out. (extra time out: zie rubriek ETO)
  • Leerkrachten ondersteunen i.v.m. de interne en extra time out begeleiding. (extra time out: zie rubriek ETO)
  • Contacten met leerkrachten en ouders i.v.m. begeleiding op school.

4. Medisch sociale dienst

Een sociaal verpleegkundige helpt mensen die door sociale of gezondheidsproblemen moeilijkheden ondervinden in hun psychosomatisch, psychosociaal of maatschappelijk functioneren.
Zij werkt daarbij niet enkel met de leerlingen zelf, maar richt de aandacht ook op de gehele omgeving waarin de leerling leeft en woont en op de sociale achtergrond.

In de eerste plaats staat de verpleegkundige in voor de EHBO op school.
Andere belangrijke taken zijn:

  • Verantwoordelijkheid dragen voor de medicatiebedeling.
  • Doordat de toegang tot het verpleegkundig lokaal laagdrempelig is, komen veel leerlingen over hun problemen praten.
  • Problemen in de thuissituatie die tijdens een gesprek regelmatig aan bod komen zijn o.a.: drugs, puberteit, pesten, aanvaarding buso, rouwverwerking, enz..
  • De (sociaal) verpleegkundige probeert te luisteren en, indien nodig, wordt de leerling in samenspraak met het zorgteam doorverwezen. Er wordt samen met de ouders of verantwoordelijke van de leerling gezocht naar een oplossing
  • Ook heeft de verpleegkundige oog voor de medische problematiek: o.a. info geven over anticonceptie, gezonde voeding, hygiëne, roken, medische vragen, luizen, …
  • Als lid van het zorgteam volgt zij mee de noden op van de leerlingen.
  • Indien nodig kan zij op huisbezoek gaan. Bijvoorbeeld bij spijbelaars, langdurige afwezigheden omwille van medische probleme enz..
  • De (sociaal) verpleegkundige werkt ook samen met de arts en verpleegkundige van het CLB.

5. Logopedie

De logopedisten op onze school geven therapie aan leerlingen, die problemen hebben met schriftelijke en mondelinge communicatie (bv. problemen met lezen en schrijven, spraak en taal, …).
De therapie is gebaseerd op overleg met alle betrokken leerkrachten en zorgverleners (orthopedagogen, leerlingbegeleiding, …) en ouders.
De leerlingen worden meerdere malen per schooljaar getest om de beginsituatie en evolutie in kaart te brengen.
De behandeling gebeurt meestal individueel, maar kan ook in kleine groepjes plaatsvinden.

6. Kinesitherapie en ergotherapie

De kinesitherapeut en ergotherapeut maken deel uit van het paramedisch team in het buitengewoon onderwijs. Samen proberen zij ervoor te zorgen dat elke leerling de aangepaste zorg op maat krijgt die hij/zij nodig heeft.
Kine en ergo houden zich bezig met preventie, onderzoek en behandeling van stoornissen en beperkingen op het gebied van houding, motoriek, psychomotoriek en welbevinden.
Bij het begin van het schooljaar worden alle eerstejaars en de nieuwe hogerejaarsleerlingen getest. Er wordt naar hun houding en rug gekeken en er worden ook enkele psychomotorische testjes uitgevoerd.

Na grondig onderzoek wordt er een therapieplan opgesteld op maat van de leerling. Afhankelijk van welke problemen er zich voordoen, wordt er geoefend met de leerling.

Situeert het probleem zich op vlak van houding, dan worden er houdingscorrigerende oefeningen aangeleerd. Er wordt ook preventief rugschool gegeven aan alle leerlingen van het eerste jaar om rugpijn te leren voorkomen.

Situeert het probleem zich op vlak van motoriek of psychomotoriek dan wordt er geoefend op de specifieke vaardigheden waarbij zich problemen stellen. Dit kan onder andere bijvoorbeeld zijn : het verbeteren van de fijne motoriek, ooghandcoördinatie, ruimtelijk inzicht, grove motoriek, lichaamsschema en lateralisatie, tempo, concentratie, geheugen, …
Sommige leerlingen hebben ook hulp nodig bij het leren plannen en organiseren.

Wanneer leerlingen zich niet goed in hun vel voelen, kan het Goed Gevoel Project opgestart worden. Door middel van relaxatie- en ademhalingsoefeningen proberen we het welbevinden van deze leerlingen te verbeteren.

Soms is er nood aan hulpmiddelen. Dan komt de ergotherapeut observeren om de noden in kaart te brengen en wordt er advies gegeven over de mogelijkheden.

Meestal gebeurt de therapie individueel maar soms ook in kleine groepjes. Het kan ook dat de kinesitherapeut of de ergotherapeut mee aansluit bij de praktijkles.

Extra Timeout

1. Wat is ETO?

Leerlingen bij wie het moeilijk loopt op school en waarvoor oplossingen binnen het klasgebeuren niet meer werken, willen we ondersteunen.

ETO focust zich op het lopen van een traject met leerlingen die in de eerste plaats ondersteuning nodig hebben op vlak van welbevinden, sociale vaardigheden, schoolse houding en leer-en arbeidsattitudes.

2. Doel van ETO

De volgende doelen worden nagestreefd:

  • schooluitval vermijden
  • ruimte en rust voor de jongere inbouwen
  • sociale vaardigheden aanleren en inoefenen
  • inzicht in de eigen problematiek en zelfinzicht verhogen
  • motivatie verhogen
  • op zoek gaan naar sterktes en bijsturen van werkpunten
  • inzetten op arbeidsattitudes en werkhouding
  • binding tussen de leerling en de school mogelijk maken
  • positieve herintegratie in de klas mogelijk maken.

3. Hoe?

  • Individuele en doelgerichte begeleiding die tegemoetkomt aan de noden van de leerling om het schools functioneren positief te beïnvloeden.
  • Traject vanuit de principes van het handelingsgericht werken.
  • Sociale vaardigheden en pyscho-educatie door gesprekken, visualisatie, (rollen)spelen…
  • Arbeidsattitudetraining door vrijwilligerswerk en externe acvtiviteiten.
  • Bijhouden van leerstof die op school werd gezien.
  • Herintegratie op school nastreven en terugkoppeling doen tussen leerling, ouders en school.

4. ETO-periode

 

Een ETO-traject wordt opgestart voor minsten 10 schooldagen die lopen van 10u00 tot 15u00. Deze periode kan worden verlengd in samenspraak met leerling, ouders en school.

Wanneer het traject succesvol met een leerling wordt doorlopen, wordt de herintegratie van de leerling naar de klas voorbereid.

Leerkrachten en ouders blijven op de hoogte van het traject dat de leerling aflegt door o.a. dagelijkse verslagen en een eindverslagwaar terugkoppeling en handvaten worden geformuleerd.

 

5. Locatie

Waar kunnen leerlingen beter hun batterijen opladen, dan in een mooi afgelegen en prikkelarme omgeving.

Het ETO-team kiest daarom voor een domein midden in het groen. Zeer rustig, maar toch dicht bij het centrum en station gelegen.

In de namiddag kan een verplaatsing worden gemaakt naar een werkplek.

6. ETO-folder

Bekijk onze folder.

Extra Timeout Plus

1. Wat is ETO plus?

ETO PLUS begeleidt leerlingen die omwille van een achterliggende complexte problematiek niet kunnen omgaan met de cognitieve en sociaal emotionele druk die aanwezig is binnen onze schoolse omgeving.

We willen als school onze maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen voor leerlingen die het risico lopen uit een schoolse context te vallen en geen kans maken op ondersteunende alternatieven, binnen het ETO PLUS-project positieve ervaringen te laten opdoen.

2. Doel van ETO plus

De volgende doelen worden nagestreefd:

  • stucturele zinvolle dagindeling
  • succeservaring beleven
  • blijvende binding met de school
  • betrokkenheid, erkenning, zelfwaarde en welbevinden verhogen
  • competenties verwerven om persoonlijke groei mogelijk te maken.

3. Hoe?

  • ETO PLUS staat voor een aanpak die Positief, Laagdrempelig, Uniek en Sociaal is.
  • We werken op maat, op het tempo en vanuit de talenten en interesses van de leerlingen.
  • We trainen op sociale vaardigheden en zelfredzaamheid.
  • Er zijn time-outmogelijkheden op verschillende gebieden: dierenzorg, tuinbouw, koken, creatieve ateliers, …

4. ETO plus periode

 

In overleg met ouders en CLB wordt een programma uitgewerkt op maat en op het tempo van de leerling.

De leerling neemt minstens 1/2 dag per week deel aan het ETO PLUS programma. De combinatie met les volgen op school is mogelijk.

ETO PLUS wordt georganiseerd op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 9u00 tot 15u30.

Leerkrachten en ouders blijven op de hoogte van het traject dat de leerling aflegt door o.a. verslaggeving en contact met de begeleiders.

 

5. Locatie

Waar kunnen leerlingen beter hun batterijen opladen, dan in een mooi afgelegen en prikkelarme omgeving.

Het ETO-team kiest daarom voor een domein midden in het groen. Zeer rustig, maar toch dicht bij het centrum en station gelegen.

Er kan een verplaatsing worden gemaakt naar een werkplek.

6. ETO plus folder

Bekijk onze folder.